Eurogroep voorzitter Jeroen Dijsselbloem zei terecht, in de Frankfurter Algemeine, dat je niet al je geld aan drank en vrouwen kunt uitgeven om daarna om bijstand te vragen. Minister President António Costa van Portugal werd boos en eiste zijn aftreden. Hij noemt Dijsselbloem racist, xenophoob en seksist. Het schijnt een trend te worden dat regeringsleiders dit soort termen bezigen om tegenstanders te diskwalificeren. Ben bang dat de socialist Costa, die niet alleen Premier is, maar tevens Secretaris Generaal van de Partido Socialista, uit zijn slof schoot vanwege akkefietjes met partijgenoot José Sócrates, voormalig MP en SG van deze partij.
Sócrates zit in voorlopige hechtenis vanwege corruptie, witwassen en belastingfraude. Ik wil hier niet te diep op ingaan – dit is geen politieke column – maar Sócrates leek in zijn gedrag erg op de nieuwe rijken die uitbundig laten zien hoeveel geld ze te besteden hebben. Zijn royalistische levensstijl wekte argwaan op. Hij had bijvoorbeeld een flat in Parijs van 3 miljoen en schoof 20 miljoen naar zijn UBSrekening in Zwitserland. Zelfs de horlogemaker die zojuis gratis mijn horlogebandje repareerde, zag wel dat deze Premiersocialist dit niet allemaal kon doen van zijn salaris.
Hoe reageren de gewone Portugezen op de stortvloed van corruptie-schandalen die over hen wordt uitgestort? Ze kijken je aan en verwijzen naar onze lieve Heer. Inwendig zie je hen machteloos vloeken. Soms verwijzen ze naar bandidos. Uit protest rijden ze niet over de tolweg A22 die de Spaanse grens verbindt met wat vroeger het einde van de wereld was: Cabo São Vicente. Hier had Hendrik de Zeevaarder ofwel Dom Henrique o Navegador (1394 1460) zijn zeevaartschool om ervoor te zorgen dat Portugezen de wereld ontdekten. Dom Henrique wordt gezien als de Koning die Portugal op de wereldkaart heeft gezet. Zoals ik in een eerdere column schreef zijn de Portugezen een ‘poëtisch volk’, met veel dichters, waaronder Fernando Pessoa als beroemdste. Hij schreef het heldendicht “O Infante” (‘God wil dat de mens dromen heeft, zo wordt een taak geboren, om van de aarde een geheel te maken, zonder scheiding door de zeeën, jij hebt overwonnen, ontdekking uit het schuim’) prachtig gezongen door de beroemde Dulce Pontes (https://youtu.be/V5hg13UxI7c).
De tolweg A22, vernoemd naar Dom Henrique (Via do Infante), werd aangelegd met Europees geld en de belofte van de overheid dat het geen tolweg zou worden. Daarom rijden de Portugezen nog altijd over de oude versleten N125, ofwel de ‘dodenweg’, die parallel langs de kust loopt.
Portugezen, het is een apart volk. Ze zijn beleefd en lijken vaak voegzaam, maar in stilte zijn ze verdomde eigenzinnig en bovendien inventief. Komt er subsidie (Europa) beschikbaar op land- en tuinbouw? Ineens zie overal nieuwe plantages en enorme plastic kassen voor aardbeien en frambozen. Wie een lapje grond heeft, start een tuinderij. Ik lees dat het probleem van het wat afwijkende Portugese karakter schuilt in beperkte historische kennis (schijnt ook de Grieken parten te spelen). Op school wordt nog veel onderwezen over de tijd van Dom Henrique. Portugezen hebben de wereld ontdekt en veroverd. Zij waren de Meesters, de Heersers. Als je dit op school leert, is het natuurlijk moeilijk te verkroppen dat je onderaan Europa bungelt. Vandaar natuurlijk ook de beledigde uitval van António Costa. En de woedende mediatirades van de hooggeëerde Socialist en regeringsleider José Soares (een paar keer premier en president) om de hechtenis van zijn vriend Sócrates die hij vaak bezocht, in de gevangenis.
Soares was een van de oprichters van de Partido Socialista in 1973, in het Duitse Bad Münstereifel. Hij overleed in januari 2017.
Sommige Portugezen worden nooit rijk, schrijf ik boven dit stukje. Dat slaat op de gewone Portugezen waarmee ik dagelijks te maken heb. Mijn achterlicht doet het niet, ik rijd naar een garage, nieuw lampje erin, wat kost het? Nee nee, geen geld. De eerder genoemde horlogemaker, tevens opticien, zit in een armoedig straatje in ons dorp. Heeft twee winkels waarin ik zelden klanten zie. Er was zo’n ringbandje van mijn horlogeband gebroken. Erg onhandig. Geen enkele normale horlogerie verkoopt jou zo’n ringetje van leer, nee er moet een nieuw bandje komen meneer. Toch ging ik even bij Hasdrubal* langs. Zijn vrouw die de winkels bestiert zag het niet zitten, maar net toen ik weg wilde gaan verscheen de baas zelf vanuit zijn werkplaats. ‘Wacht even! Geef mij je horloge’. Uit een doos viste hij een bruin leren ringetje in de juiste kleur en onder zijn werklamp zag ik hem priegelen. Alsjeblieft, pronto. Mijn bandje weer bruikbaar. Ondertussen had ik stiekem een euro gereed gehouden die ik nu toonde. Sjonge wat was hij beledigd. Nee nee, geen sprake van, dit was service! Oh stamel ik: ‘desculpe, obrigado’. Sorry, bedankt. Was hij aardig? Niet echt, hij was eerder hovaardig zou je kunnen zeggen. Portugezen zijn vaak beledigd als je hen voor een hulpvaardig wissewasje geld aanbiedt. Dit geldt overigens niet in de ghetto’s waar de rijke pensionado’s huizen zoals Quinta do Lago of de jachthaven van Vilamoura. Nabij Quinta shopping, waar een espressootje 2,50 kost inplaats van de normale 60 cent, zie je op het asfalt de grootste terreinwagens. En zeker de duurste. Langs de havenkade in Vilamoura (vertaald: Morendorp) staan bij de restaurants Porsches en Hummers. Die restaurateurs wonen misschien in een schuur, maar tonen graag welvaart. De grootste is natuurlijk Luis Figo (Lodewijk Vijg) met zijn sportcafé annex discobar “7”, maar hij heeft zijn geld niet verdiend met de bierverkoop, maar met voetballen, op rechts, in Spanje.
De nieuwe rijken in hun grote auto’s herleven wellicht de grootheid die hen op school tijdens de geschiedenislessen is voorgehouden. De echte rijken, die van geest en zelfrespect, rijden in kleine auto’s en eten in restaurants waar de prima lunch 7 euro kost. Heerlijke mensen en volledig betrouwbaar.
*Hasdrubal was de jongere broer van Hannibal, ook een populaire naam hier.
Maandelijks archief: maart 2017
Persoonlijkheidsmarketing
Lang geleden in de jaren zeventig van de vorige eeuw maakte ik reclame voor Saab. Het was een klein eigenwijs merk waarvan je de fans voornamelijk vond onder abonnees van Arts en Auto, de Hoefslag en het Notariaat Magazine. Dit veranderde met de komst van de Turbo, de overwinningen van Zweedse rally held Stig Blomquist en onze reclame die we messcherp afstemden op de (potentiële) fans. Wie waren dit en hoe hen te bereiken.
Wij hadden een onderzoek-model ontwikkeld om ‘persoonlijkheden van merken’ in menselijk-emotionele termen te omschrijven. Meneer Saab bleek een eigenwijze intellectuele individualist, een man (nee zeker geen vrouw) met een vrij beroep en tegendraadse meningen. We maakten dus intellectuele tegendraadse autoreclame, bijvoorbeeld een kop: “100 tot 0 in 6 seconden” waar andere merken pochten over hun 0 tot 100 prestaties. Saab werd in Nederland procentueel groter dan in welk ander land. Het was het merk waarmee je kon laten zien dat je conventies aan je banden lapte, bijvoorbeeld geliefd bij D66 stemmers(van Mierlo en geen Pechtold).
Zo kom ik bij politiek, fans en verkiezingen. Wij definieerden doelgroepen naar profielen van “fans”, mensen die tot tandenknarsen toe verknocht zijn aan hun “helden”. Denken we meestal aan popartiesten of voetbaclubs of Youp van t Hek, maar ook ‘merken’ zijn helden. En niet te vergeten politici! Met ons ‘persoonlijkheidsonderzoek’(*) konden we Fans van merken als Saab, de Hema, Autogas of Centraal Beheer behoorlijk profileren. Je zag ze voor je. Probleem was om ze gericht te bereiken.
Nu veertig jaar later is dit probleem opgelost door social media als Facebook (o.a.). We hebben nu Big Data. We hoeven geen mensen meer op te bellen, om via een vragenlijst met projectietechnieken de emoties te achterhalen achter hun keuzes. Iedereen laat nu voldoende digitale sporen na van zijn/haar gedrag, via social media, mobiele telefoon, via Googelen en liken.
Persoonlijkheidsonderzoek werd populair in de jaren tachtig, zowel wetenschappelijk als commercieel. Psychologen ontwikkelden het OCEAN model: Openness, Conscientiousness, Extraversion, Agreeableness, Neurotism. Dit is het standaardmodel geworden in de psychometrie. Probleem was (en bleef heel lang) dat het een ingewikkeld kwalitatief onderzoek vergde om mensen op basis van deze vijf kenmerken te identificeren. Wij werkten met gedragsvragen die je nu via Facebook kunt beantwoorden, bijvoorbeeld wat vind je leuker schaken of bergbeklimmen, hou je van dieren en zoja welke (aaibaarheid, agressiviteit, angst), hou je van Lady Gaga of van Willeke Alberti? Ook als je geen psychologie hebt gesturdeerd snap je waar dit heen gaat. Allemaal heel leuk en spannend totdat je de enge kanten ervan begint in te zien. Het lijkt namelijk een spelletje. Kijk maar op discovermyprofile.com van de Cambridge University (ja heel betrouwbaar). “ Choose a test or category to begin discovering your psychological profile..” Met deze aanmoediging haalt de afdeling psychometrie van deze oude universiteit via Facebook een vracht gegevens binnen. Honderdduizenden argelozen voeren de tests uit, in de vorm van een online quizz, een spelletje.
Nu kom ik bij Michael Kosinsky.
Kosinsky werkte samen met David Stillwell bij het Psychometrie Centrum van Cambridge University. Stillwell had in 2008 de MyPersonality-app bedacht en samen bouwden ze hiermee een enorme dataset op, die ze combineerden met andere data die online via social media over mensen verkrijgbaar is. Ook de mobiele telefoon biedt een actuele bron van informatie. Big Data. Op zich een hutspot aan gegevens, maar we hebben nu algoritmen om de weg te vinden in datastructuren. Door massa’s datapuntjes te linken kunnen we behoorlijk nauwkeurige voorspellingen doen over menselijke gedragingen. Kosinsky zei dat hij met 300 Facebook likes meer aan de weet kon komen over iemand dan diens (bed)partner ooit zou weten. Het beangstigende begint al in zicht te komen. Geen wonder dat hij – de naieve wetenschapper?- gebeld werd door een zekere Aleksandr Kogan van Strategic Communication Laboratories, die graag – tegen ruime betaling – toegang wilde tot de MyPersonality database. Wie of wat was Strategic Communication Laboratories?
“The leading supplier of Information Operations, Strategic Communication and Public Diplomacy services to governments and military clients worldwide.”
En verder: “A strategic communication centre puts influence, control and power back into the hands of the government and military. It is an essential component for Homeland Security, Conflict Reduction, International Public Diplomacy and un-mediated Government communications. Over the last 15 years the military use of Psyop has saved thousands of lives on both sides of military conflicts. In the future, conflicts may well be resolved on the global media stage, so that direct action becomes an unnecessary tactic.”
SLC is een conglomeraat van bedrijven die betrokken zijn of waren bij verkiezingen in allerlei landen van Oekraïne tot Thailand en Nigeria. En in 2013 ontstond een bedrijf dat zich specifiek richtte op beïnvloeding van de Amerikaanse verkiezingen: Cambridge Analytica.
Kosinsky vertrouwde dit niet, sprak erover binnen de Universiteit. Hadden ze zijn model nagemaakt, gestolen, buiten hem om verkocht? Ruzie dus met gevolg dat hij vertrok en verhuisde naar Stanford in Amerika. Volgens mijn informatie verdween Aleksandr Kogan naar Singapore waar hij nu Dr Spectre heet (Special Executive for Counter-intelligence, Terrorism, Revenge and Extortion).
In 2015 blijkt dat Cambridge Analytica werkt voor Leave.EU van Nigel Farage. Het bedrijf onderzoekt persoonlijkheidskenmerken van Britten die uit de EU willen, zodat er in de politieke campagne met ‘micro targeting’ kan worden gewerkt. Het model dat Kosinsky in zijn wetenschappelijke enthousiasme heeft ontwikkeld kan nu politiek worden gebruikt als mensen-zoekmachine. Wie zijn de (potentiële) Brexit fans, hoe selecteren we die om te winnen. Terwijl ‘gewone’ kwantitatieve onderzoeken vertellen dat het met de Brexit zo’n vaart niet loopt, wordt er onder de radar op een ongelofelijk slimme en manipulerende manier stemmen geronseld.
Het begint op een thriller te lijken: in september 2016, vlak voor de Amerikaanse verkiezingen, betreedt Alexander Nix, CEO van Cambridge Analytica, het podium tijdens een Economisch Forum voor internationale beleidsmakers. Hij vertelt dat zijn bedrijf al anderhalf jaar werkt voor de Republikeinen, voor Trump. Hij veegt de vloer aan met het klassieke denken in doelgroepen, zoals alle vrouwen, of alle etnische Amerikanen. Hij beweert dat Cambridge Analytica de persoonlijkheid van elke volwassen Amerikaan heeft geprofileerd. Geen demografie, maar psychometrie, gewoon alle beschikbare informatie verzamelen over het gedrag van mensen (in Amerika zijn deze data vrij eenvoudig te koop) en deze Big Data verwerken volgens het OCEAN model. Hij is er erg open over. Erg zelfverzekerd ook. Vrijwel elke boodschap die Trump twittert, is gedreven door Big Data – zegt Nix. Trump schijnt een digibeet te zijn, maar met behulp van een smartphone werd hij president.
Het enge van dit verhaal is dat mensen kunnen worden opgezocht en geselecteerd via de digitale sporen die ze –ook onbewust- overal achterlaten. Met deze Big Data kan de persoonlijkheid worden achterhaald: wie staat open voor verandering en vernieuwing, wie is dogmatisch, wie is angstig, onzeker, wie is zwijgend boos, wie is jaloers, wie haat autoriteit of wil juist een strenge leider. In deze digitale wereld is gepraat over algemene Normen en Waarden nutteloos, want iedere persoonlijkheid blijkt er eigen normen en waarden op na te houden. Daar kunnen we nu achterkomen. Foldertjes uitdelen, debatteren op televisie, het is allemaal aardig, maar wéten wie je (potentiële) fans zijn en die met een psychologisch scherp geslepen boodschap één-op-één te pakken nemen, dat is minder aardig maar heel erg effectief.
Om terug te komen op Saab: het bleek dat een voorliefde voor bepaalde oer-Amerikaanse automerken al een goede indicator was voor potentiële Trump-stemmers.
(*) Persoonlijkheidsonderzoek ontwikkeld samen met psycholoog en partner John Coffeng. Veel informatie voor dit verhaal verkregen via Motherboard/Vice.com.
Vrije tijd
Iedereen heeft het druk tegenwoordig. Vraag je hoe gaat het? Drukdruk. Dat schijnt te moeten. Als je het niet druk hebt ben je een sukkel. Is dit een nieuw fenomeen? Ik herinner me dat Toon Hermans een lied zong over moeheid: ‘pa is moe, moe is moe..’ enfin, iedereen was moe. ‘We leven in het tijdperk van vrouw Holle ‘ – concludeerde hij.
Toen dus ook al. Toon zou opkijken als hij het hedendaagse mobiele telefoonleven zag. Volwassen mensen op zoek naar een niet bestaand Pokemonpoppetje, daarover hoef je geen grap meer te maken, dat is al om te lachen.
We hebben het druk, ja, maar vooral ook met de vrijetijdsbesteding. Vrije tijd: ooit is er voor gestreden. En hiermee groeide een nieuwe industrie: de vrijetijdsindustrie. Pretparken, recreatieve supermarkten, coffieshops. Inmiddels is er gelukkig ook Facebook en Twitter voor de vrijetijdsbesteding. Kun je met je laptop of je telefoon lekker bezig zijn, zeggen wat je ervan vindt, dingetjes delen, je vrienden feliciteren en een goed gevoel over jezelf krijgen. Vertel de wereld wat je eet, hoe je slaapt en wat je leuk vindt. Er komt soms ellende uit voort. Jonge meiden geven zich bloot, want Patricia Paay doet het ook. Goh wat interessant allemaal en wat heb ik veel vrienden. En sinds Trump de twitterkoning is geworden gaan de beurskoersen van dit wat kwakkelende communicatiebedrijf weer omhoog.
Om terug te komen op Toon: bekijk op Youtube een stukje van zijn show waarvoor vroeger de zaal plat ging en je ziet hoe de wereld is veranderd. Het moet allemaal heftiger, sneller en harder. Omdat vrije tijd besteed moet worden, hebben we het drukker dan ooit. Als ik bijvoorbeeld zie wat kinderen allemaal moeten, afgezien van de schoolgang. Een doodvermoeiend vrijetijdsprogramma, waarin uiteraard de ouders worden meegesleurd. En gepensioneerden gaan niet rustig dood achter de geraniums zoals vroeger, maar beginnen een nieuw leven, soms met iemand die veertig jaar jonger is. Het verrast me elke keer weer als ik in Portugal, waar ik vaak ben, mensen mijmerend op een plastic stoel zie zitten terwijl het onkruid aan hun voeten groeit. Ze hebben tijd om naar de groei te kijken. Tijd om koffie te drinken op onooglijke terrasjes, tijd om zomaar wat te zitten in de zon.
Zomaar zitten in de zon
Een parasol boven je bol
Je zou wensen dat ’t altijd kon
Zomaar zitten voor de lol
(Nee, niet van Toon).
Ogenschijnlijk hebben mensen in Portugal meer tijd. Voor zichzelf en voor elkaar. In de winkel moet je vaak wachten totdat je eindelijk aan de beurt bent, niet omdat het druk is, maar omdat de voorgaande klant er een gezellig dagje van maakt. Heb je – als voorbeeld – zelf een bijzonder schroefje nodig, dan is de helper in de ‘drogaria’ (uitgebreide ijzerwarenwinkel waar je ook prima wijn kunt kopen) een kwartiertje bereid om alle bakjes en doosjes om te keren in de stoffigste hoekjes van het magazijn. Kosten schroefje 20 cent.
Tijd is hier nog niet zo heftig gekoppeld aan geld. Aan de andere kant is er de heilige vrije tijd, afgezien van de kerkgang. Kom niet aan de lunchtijd. Bij de eenvoudige restaurants langs provinciale wegen staan rond één uur de auto’s rijen dik geparkeerd, veel bestel- en vrachtwagentjes, weinig dure hybrides. De lunch is het toppunt van vrije tijd. Kosten rond 7 euro, inclusief de wijn die eigenlijk niet mag want er is zero tolerance. Na de lunch zie je op de rotondes dan ook veel strenge politiemannen op de been.
In de paleisachtige shopping malls (met teveel failliete winkels) zitten honderden mensen ’s middags te lunchen. Elke zichzelf respecterende fastfoodketen is aanwezig, plus tientallen lokale uitgifte-restaurantjes, zoals een soepzaak of een gezondheidskeuken of een fruitdrankjes specialist. Israëlisch, Turks, Grieks, Italiaans, noem maar een land en de keuken is aanwezig. Doordeweek is het druk, ’s zondags is er geen stoel meer te krijgen. De hele familie gaat lunchen op Zondag, vaak de hele middag. En neem gerust je baby mee, want tussen de restaurants is een podium voor gratis Baby Care.
Elke plaats heeft tenminste één shopping mall, met palmen en tuintjes en watervallen en al die restaurantjes. Je kunt er natuurlijk ook shoppen, erg voordelig, want er is altijd uitverkoop en de bekende merken zijn hier sowieso goedkoper dan elders in Europa (op de prijskaart van bijvoorbeeld Zara staan de prijzen per land vermeld, weliswaar achter een sticker, maar die kun je eraf pulken. De prijsverschillen zijn vaak schokkend groot).
In de shopping malls werken veel jonge mensen. Hun minimumloon is door de nieuwe linkse regering met 5% verhoogd tot bijna 650 euro in de maand (altijd nog minder dan in Griekenland). Voor dat geld spreken de meesten nog Engels ook. Vrije tijd? Hebben ze weinig want in Portugal moet je minstens twee banen hebben om te (over)leven.
Als je vraagt hoe het gaat… Drukdrukdruk.