Mijn eigen aforismen

Hieronder een paar van mijn toevallige notities…

Je wordt niet groter door op andermans tenen te gaan staan.

Je handen wijzen makkelijker van je af dan naar je toe.

Hoewel je hersens vaak maar door malen, worden je gedachten er niet fijner van.

De mooiste overwinningen behaal je op jezelf.

Het Denken is lastig, want het bemoeit zich overal mee.

Als leven een sport is, ben je zelf je belangrijkste tegenstander.

Paus op de wc: heilige stoelgang.

Rijkman Groenink: Zakken vullen met enige woestheid.

De morgenstond heeft soms stront in de mond.

In een ziekenhuis is positief niet positief.

Hoe mooier we praten, hoe minder we zeggen.

Je kunt geen leiding geven als je zelf de weg kwijt bent.

Als je naar jezelf kijkt zoals je naar anderen kijkt, kun je nog wel eens raar opkijken.

 

Zuidpolderstraat

Zuidpolderstraat in negentientwintig
Een kille koets ratelt over de klinkers
Mannen in grauwe jassen
Zonlicht spiegelend in het venster
Waarachter de jonge vrouw huilt en huilt
In machteloos gevecht tegen de grote
Rode man haar echtgenoot
Die haar weg laat halen
Op een zonnige dag in negentientwintig

Zuidpolderstraat in negentientwintig
Het meisje is vijf het jongetje zeven
De moeder schreeuwt en krijst
Nu gek van verdriet en angst
De grote rode man is achter haar
En duwt en duwt haar weg
Mannen in grauwe jassen
Twee bange kinderen kijken toe
Op een zonnige dag in negentientwintig

Zuidpolderstraat in negentientwintig
Daar gaat de koets een kist op wielen
IJl huilt haar stem vanachter blinde
Ramen die vrolijk glimmen in de zon
Achter spiegelend glas gluren de buren
Dan rukt de grote rode man
Zijn kinderen ruw naar binnen
Een boze blik is voor de straat
Op een zonnige dag in negentientwintig

Santpoort in negentientwintig
Een cel met wanden van kapok
Een jonge vrouw zo klein gemaakt
Ingesnoerd met grove riemen
Zit zij gehurkt en staart naar niets
Zij heeft geen tranen meer
Geen weerstand geen geluid
Al haar denken doodgeslagen
Op een zonnige dag in negentientwintig

Ebenhaezer in negentienvijftig
Een groot tehuis zo ver en afgelegen
Wij wachtend in die koele kamer
Muffe meubels smakeloze thee
Dan komt zij binnen breekbaar steunend
Op de arm van een witgesteven vrouw
Wat is zij klein mijn omaatje in zwarte kant
Verlegen lachend zegt zij zachtjes
Míjn kinderen zijn… in de Zuidpolderstraat.

Taalachterstand!

In veertig jaar is er geen donder gedaan aan taalachterstand.
Ik kwam een artikel tegen van mijzelf, geschreven in maart 1966. Ik schreef het naar aanleiding van een gepubliceerd onderzoek in het Algemeen Dagblad van februari 1966. Bij de Rotterdamse politie werden de sollicitanten getest op kennis van de Nederlandse taal. Van de 560 gegadigden vielen er direct 145 af, omdat ze nog niet eens een behoorlijke Nederlandse brief konden schrijven. De overigen moesten een simpel proefwerkje maken. Een sollicitant wilde zijn pozietzi verbeteren, een ander wilde graag zufur worden. Een 25 jarige jongeman met 6 jaar Marinedienst(!) viel op met een 1 voor zijn invuloefening Nederlandse woorden, een 4 voor zijn opstel en en een 3 voor taalgebruik. De spreekwoordenkennis bleek nauwelijks een test waard. Er was geen kennis. Men kan niet weten hoe een koe “verstand heeft” of, “een kalf uit de sloot haalt”. Dit soort – wel grappige, maar ook treurig stemmende – onzin. Dit was veertig jaar geleden. Als oorzaken werden vijf punten genoemd door experts – hotemetoten in goed Nederlands.

1. Te weinig aandacht voor taal onderricht op school. Geen land in Europa besteedt zo weinig lesuren aan de eigen taal…
2. De onderwijzers zijn niet meer van dezelfde kwaliteit als “voor de oorlog”. Er is meer behoefte aan onderwijzend personeel, waardoor de selectie minder streng is en het peil van leerlingen op de Kweekschool (= Pedagogische Academie) steeds lager komt te liggen…
3. De jeugd kent geen “taaltucht” meer. Niet verwonderlijk gezien het slechte voorbeeld van volwassenen. (Hij hep, hun hebben…op televisie en radio).
4. Een toenemend aantal scholieren uit de “eenvoudiger milieus” (sic) lijdt van huis uit aan taalarmoede…
5. Maatschappelijke veranderingen krijgen steeds meer vat op de schooljeugd…

Mijn vraag: wat is er vanderd? Er was toentertijd nog geen sprake van allochtoon of autochtoon, zwarte en witte scholen enz. Taalachterstand, taalarmoede, het zijn nu actuele onderwerpen. Actueel? Het wordt tijd dat onderwijzers en andere leerkrachten weer eens met de lat op de vingers slaan als leerlingen hun moedertaal verkrachten (nou ja, moeder… soms stiefmoeder dus).

Begrafenis

Ik was op een
Begrafenis
Gezellig druk
Na afloop broodjes
Zalm en paling
Een glaasje wijn
Of twee
Leuk elkaar weer
Eens te zien
Hoe gaat het
Goed eet smakelijk
Gezondheid
Daar ga je
Daar ging hij
Bedolven
Onder bloemen
Het was mooi
Geweest.

30 januari 2006

Duivendrecht

Duivendrecht
Oh Duivendrecht
Doodlopend lege straat
Een kloostermuur als grens
Gezang op stille dagen
Duivendrecht
Oh Duivendrecht
Toevallig hier geboren
Wat zand en gras een slootje
Maar niets over te klagen
Duivendrecht
Oh Duivendrecht
De straatweg is des rijks
Een spoorlijn achterlangs
Soms nonnen op een fiets
Duivendrecht
Oh Duivendrecht
Daar ben ik uit gekropen
Een plek zonder belang
Verwachting eigenlijk niets
Duivendrecht
Oh Duivendrecht
Je naam nu op de kaart gezet
Forensisch wisselpunt
Geboortedorp nu drukdruk
Duivendrecht
Oh Duivendrecht
Ooit stond mijn tijd daar stil
Nu raast metro en trein
Waar ik mijn reis begon
Overstappen overstappen
Op zoekreis naar geluk.

In de trein
Voorjaar 2005

Reizen

Ik kom op plaatsen
Met een zweem
Van oud geluk
Niets veranderd
Uitgezonderd kleine
Leegten door jou
Ooit ingevuld
Mijn voetstap raakt
Waar jij toen ging
Mijn ogen zien
Waarop jij doelde
Te onthouden een
Leven als herinnering

Vilamoura
Juli 2005

Overleven

Overleven is niet moeilijk
Je leeft gewoon door
Terwijl anderen dood gaan
Je eet je boterhammetje
Je kijkt naar de regen
En luistert naar zinloos
Gebabbel op de popradio
Vrolijkheid om niets
Plaatjes draaien
Praatjes maken
Filemeldingen A éen
A twee A vier A negen
Augustus in de regen
Overleven is niet moeilijk
Je leeft gewoon door
Terwijl anderen met
Hun advertentie al
In de krant staan
Je leeft gewoon door
En je denkt wie gaat
Straks de mijne schrijven?

Christian
2006

Negen mannen

Negen mannen als matrozen
Bal masqué schijnt populair
Geweest te zijn in die tijd
Evenals sigaretten roken
Negen mannen met sigaretten
Hangend in hun mondhoek
Mannen als Wayne en Bogart
Vergeeld grijnzen zij mij toe
Het leven leek zo leuk
Voordat zij hoestend stierven
Mijn vader vierenveertig
De anderen mij niet bekend.
Christian
Augustus 2006

Flaptekst van Het Slechte Pad

Bolder is een jongen die meent slecht te moeten zijn, omdat zijn ouders fout waren in de oorlog. Hij heeft geen keus, slecht zijn is zijn lot.
Nadat zijn vader zelfmoord heeft gepleegd, ontvlucht hij het benauwde bange leven met zijn lijdzame moeder.
Op weg naar het Slechte Pad ontmoet hij zijn idool Gerard, een sluwe Rotterdamse straatjongen die in de naoorlogse puinhopen van Rotterdam leerde hoe je moet profiteren van andermans ongeluk. Gerard heeft zich, mede door zijn huwelijk met een rijke jonge oorlogsweduwe, opgewerkt tot ogenschijnlijk gerespecteerd zakenman. Hij doet duistere zaken in juwelen en antiek en kiest Harry, een willig slachtoffer, als hulp en later ook als bedgenoot. Bolder adoreert Gerard als voorbeeld, vriend en vaderfiguur, maar ziet hem gaandeweg ten onder gaan aan eigen waan en angstpsychoses: zijn idool blijkt een gestoorde gek die bovendien zijn vrouw molesteert. Bolder weet zich los te maken uit de magische greep van Gerard waardoor hij terecht komt in de armen van diens vrouw. Hij, de jongen die man wordt, zij de oudere vrouw die nooit een meisje mocht zijn. Het verhaal ontwikkelt zich dan naar een dodelijke climax, waarbij Bolder in een gruwelijke catharsis zijn verleden weet te vermoorden en daarmee tegelijk afrekent met zijn laffe vader die voor zijn kinderogen zelfmoord pleegde. Een roman met thriller elementen, waarin de jaren vijftig en zestig in Amsterdam tevens boeiend tot leven komen.

Ons Zorgstelsel


Wratje weghalen; 173 Euro.

Ik mag hopen dat de wrat weg blijft, want ik heb meer last van de rekening dan van het groeiseltje.

Omdat het ding zich niet met wrattentinctuur en andere huismiddelen liet verwijderen, belde ik de huidarts. Het is tenslotte een huidprobleem en bovendien zit deze dokter bij mij in de buurt. Zodoende verscheen ik op zijn spreekuur in een kamertje in een – noem het maar – dorpshuis. Eenvoudig, sober, maar functioneel. De arts had niet veel werk aan mij, even de fles met vloeibare stikstof ter hand genomen, pfffft hup klaar. Afgezien van de tijdbesteding in de wachtkamer waar ik enige beduimelde populaire bladen van vorig jaar kon doornemen, duurde de behandeling niet langer dan het koken van een eitje. En voor de dokter was het ook een eitje, dit had de eerste de beste assistent derde klas met de linkerhand kunnen doen.

Maar, toen kwam de rekening, van het ziekenhuis waar deze arts zijn administratie heeft ondergebracht. Dit schijnt sinds 1 januari 2005 zo te moeten heb ik inmiddels begrepen, in opdracht van het Ministerie van VWS. Ik citeer: ’de kosten worden niet meer per verrichting in rekening gebracht maar de totale behandeling (veelal bestaande uit verschillende verrichtingen) wordt in een keer gefactureerd door middel van een DBC: Diagnose Behandeling Combinatie’.

De rekening bedroeg ¤ 173,08. Opgebouwd uit maar liefst ácht posten, waarbij de post ’dermatologie’- mijn huidarts dus- ruim De online casino’s, die hoeven slechts te brainstormen over scary beste casino info acties, [. 50 euro was. De overige posten waren Ziekenhuisdeel (ruim 80 euro), verrekentoeslag DBC (wat dit ook moge zijn, 27 euro) plus voorts de honoraria Algemene Chirurgie, Radiologie, Nucleaire (welja) Geneeskunde, Klinisch Chemisch lab en Pathologie.

Allemaal voor één wratje. Geen chirurg gezien, ook geen radioloog, patholoog of laborant, laat staan een nucleair specialist.

Ik pakte de telefoon en belde de debiteurenadministratie op het onder de optelsom vermelde nummer. Een dame met zwaar Surinaams accent kon mij slechts vertellen dat de Minister het zo wilde en dat ik voor meer informatie terecht kon bij het CTG. CTG? Ja, dit heet officieel nog CTG-Zaio, ofwel College Tarieven Gezondheidszorg -Zorgautoriteit in oprichting… Ik had nog nooit van deze autoriteit in oprichting gehoord, eerlijk niet en ik volg toch echt het nieuws wel.

Goed, de mevrouw met het overzeese accent kon niet uitleggen wat de radioloog en de nucleair specialist ongezien voor mij gedaan hadden, dus werd ik doorgeprikt naar een dame met een helder stemmetje, die het helemaal met mij eens was en het ook betreurde dat de verwijdering van een wrat zo’n uitgebreide nota met zich mee bracht, maar helaas meneer… het Ministerie heeft het zo bedacht. Wij van de Zorg staan machteloos, aan alles hangt tegenwoordig een DBC code (onthoud deze lettercombinatie), die is vastgesteld door het CTG. Als u meer wilt weten, kunt u informatie vinden op de website. Van het ziekenhuis? Neehhh… van het CTG in oprichting natuurlijk.

Ik kan u zeggen dat ik mij na dit telefoongesprek nog meer grote zorgen maak over wat mij – en ons allen – in het nieuwe zorgstelsel te wachten staat Je kunt in ieder geval maar beter geen wratjes hebben.

2009:

Inmiddels ide ZAio geworden tot Nederlandse Zorg Autoriteit. Met een website. Ik heb uiteraard getracht inzicht te krijgen in de DBC. Maar het blijft een duister verhaal.

Het schijnt dat de ’ondersteuners’ in de medische wereld er echter goed aan verdienen, ik las dat sommige ondersteuners vorig jaar inkomens haalden van 4 ton met meer werkweken dan menselijk voor mogelijk wordt gehouden. Administratief dus. Ik weet er weinig van, maar verwijs naar een artikel in Medisch Contact van 6 januari. De kop luidt:

Onrust over hoogte inkomens ondersteuners